Het Awaka kindertehuis
De dag voordat ik voor 12 dagen weg ging naar het kindertehuis awaka ben ik nog eens naar kampala town geweest. Bij het kindertehuis hebben veel kinderen namelijk geen slippers en slapen er een paar zonder musquitunet.. in town was het natuurlijk weer ongelooflijk druk. Ik ging deze keer wel samen met een coach, zodat we een goede prijs konden krijgen. Onderweg naar de winkeltjes waar de slippers lagen kwamen we ook weer kinderen tegen die op straat liggen, opzich is dat niet de eerste keer, maar deze keer was het wel heftiger dan normaal. Nu lag er namelijk een kind van ongeveer drie jaar met zijn knieën voorovergebogen op de grond. Op deze manier moest hij namelijk zijn wond laten zien op zijn rug. Het zag er echt gruwelijk uit! Zeker met het idee dat hij daar dan een hele dag neergeknield ligt.
Bij de winkeltjes waar ze slippers verkochten was er genoeg keus. Elke vorm, kleur en maat hadden ze wel. Uiteindelijk hebben we 15 slippers voor 24 euro gekocht, absurd goedkoop natuurlijk. De musquitonetten waren wat lastiger te vinden, dus hebben we het op een ander manier gedaan. Je hebt hier namelijk een app en daar zetten bedrijfjes hun producten op. Toen hebben we een bedrijf gebeld en gezegd dat we hier en hier stonden en dat we 10 musquitonetten wouden. Binnen 10 minuten kwamen er twee mannetjes aanlopen met de musquitunetten. Met een grote zak vol slippers en netten ben ik de boda opgestapt. De chauffeur hield er alleen niet echt rekening mee dat we nu iets breder waren, omdat ik de zak op mijn been leunde. We hebben een aantal spiegels geraakt, maar ik ben wel weer veilig bij het appartmentje gekomen. In de avond ben ik bezig geweest om alle kleding en spullen te sorteren, omdat ik de volgende ochtend naar Kamuli ging. Het kindertehuis waar ik naartoe ga ben ik op een grappige manier mee in aanraking gekomen. Mijn moeder was, toen ik al in Oeganda zat, naar een christelijke conferentie geweest. Daar ontmoette ze Wilco en hij bleek dit kindertehuis te ondersteunen. Hoe dat allemaal is gelopen is opzich zelf al een lang verhaal, maar toen ben ik dus via Wilco met Rebecca in contact gekomen. Zij heeft het kindertehuis samen met haar man gestart. Mede doordat ik wou ervaren hoe het is om op het platteland te wonen, maar ook omdat ik het gaaf vond wat ze doen heb ik dus besloten om tussendoor daar ook nog 12 dagen naartoe te gaan. In plaats van dat ik de 20ste terug ga, kom ik nu dan ook de 30ste terug.
In de ochtend werd ik opgehaald om 8 uur. Ik was er al vanuit gegaan dat de chauffeur er niet om 8 uur was, echter kreeg ik al een appje om kwart voor 8 dat hij klaar stond. Snel heb ik nog alles bij elkaar geraapt, heb ik doei gezegd en ben ik de auto ingestapt. Na een rit van twee en een half uur kwamen we aan bij het kindertehuis. Toen ik de auto uitstapte werd ik besprongen door de kinderen. Super leuk! Eerst stelde iedereen zich voor. De namen was ik natuurlijk gelijk weer vergeten, maar dat onthouden komt nog wel. Ook kreeg ik een rondleiding langs de slaapkamers, de tuin, de speeltuin en de badkamers. Rebecca heeft me daarna het hele verhaal verteld van hoe het is ontstaan. Ik zal het nu even in het kort vertellen. Ze ontmoette een Nederlandse man in hun kerk, daarmee werden ze vrienden. Hij heeft hun naar Nederland gebracht om voor een maand te bezoeken. Tijdens die tijd waren ze al begonnen met het bouwen van een waterput voor de buurt en het opzetten van een basisschool. Tijdens dat bezoek ontmoette ze ook een Nederlandse dominee, Anton Hij ging een paar jaar later naar Oeganda toe. Hij is toen ook naar dit dorpje gegaan. Tijdens dat bezoek vond hij het zo mooi wat ze deden dat hij hen is begonnen te helpen. Op dat moment hadden ze een school en een groot stuk land, dat ze van hun familie hadden gekregen, maar nog geen kindertehuis. Toen corona om de hoek kwam kijken waren er in de dorpjes heel veel problemen. Zo hadden ze weinig eten, omdat de oogst niet goed was. Rebecca is toen langs de dorpjes gegaan om eten te geven aan de mensen. Ze kwamen ook langs een grootmoeder die al haar kinderen was verloren. Dat betekende dat ze voor al haar kleinkinderen moest zorgen. Al die kinderen, ongeveer 30, probeerden natuurlijk wat eten te krijgen door te stelen en rond te dwalen. Kortom, de situatie was heel erg slecht. Op dat moment waren ze ook huisjes aan het bouwen. Dat hebben ze heel snel afgemaakt, waardoor die kinderen nu daar verblijven. Het is niet het meest ideaal, omdat het natuurlijk beter is om in een gezin te wonen. Daarom hebben ze het plan om huisjes te gaan bouwen met in ieder huisje een moeder en een aantal kinderen. Het kindertehuis zelf bestaat dus nog maar drie jaar en is meer een noodsituatie. Ik ben even later met de oudere jongens naar de school toe gelopen. Ik had verwacht dat het een klein schooltje was, maar het was heel groot. Ze hebben zeven klaslokalen, een aantal slaapplekken voor de leerlingen die blijven slapen en badkamers. Alleen is het niet groot genoeg meer, want aan de overkant van de weg waren ze al nieuwe lokalen aan het bouwen. Naast de school zat nog een kliniek. Ook ben ik naar het veld toe gegaan waar we zondag een wedstrijd gaan spelen tegen het andere team van het dorp. Ik hoorde dat we voor een jackfruit spelen, dus die moeten we zeker winnen. Terug liepen we meer binnendoor, dus niet langs de weg. We kwamen dan hutjes tegen, een waterput en we liepen door de plantages heen. Heel erg vet! In zo'n dorpje is het dan ook precies van hoe ik me afrika had voorgesteld. Toen we terugkwamen kregen we avondeten en ging ik al vrij snel slapen, omdat ik helemaal kapot was van deze dag.
Reacties
Reacties
Wat gaaf dit verhaal . Je verblijf in Uganda heeft daardoor een bijzondere wending gekregen!
Simon is a blessing to the children in Kamuli. Hope we can work on something bigger in the future.
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}